Al vier uur lang hingen mijn buik en ik aan de monitor. Ik kan je verzekeren, voor iemand met rugweeën is dat geen cadeau. Ik wilde niets liever dan bewegen en rondwandelen, maar lag verplicht stil met als enige optie de wee weg te puffen. Dat mijn ontsluiting na vier uur amper geëvolueerd was deed me vrezen naar huis te worden gestuurd. Ik had graag de zekerheid dat ik mijn weeën kon wegpuffen met de optie verdoving te kiezen. Ik was niet zeker of ik een epidurale verdoving wilde, maar gewoon de idee dat er opties waren leek me fijn.
“Mijn toegangskaartje tot het verloskwartier werd gevalideerd”
Toegangskaart
Gelukkig voor mij zag de vroedvrouw dat ik best ongemakkelijk was; ze stuurde me niet naar huis. Mijn toegangskaartje tot het verloskwartier werd gevalideerd en met een verblijf van twee nachten alvorens ik onze baby kon vasthouden, heb ik er alles uitgehaald wat erin zat.
Ik zat in het bad, hing aan de deuren of deed een dansje met mijn man bij hevige weeën. Voor mij de beste manier om de pijn te verbijten. Ik zag vier shiften aan vroedvrouwen passeren en kon met elk exemplaar een leuke babbel aanvatten. Was jaloers op mijn man die spaghetti kon eten terwijl ikzelf het moest doen met druivensuiker, sportdrank of dat stiekeme koekje bij een theetje. Ik liet die epidurale prikken, liet mijn vliezen breken en ging meer dan een uur op handen en knieën zitten omdat dat een goed idee zou zijn wanneer je baby een ‘sterrenkijker’[1] is. Ik kreeg weeën-opwekkers en een nieuw infuus voor mijn epidurale verdoving. Dat alles vond plaats nog voordat er ook maar een perswee aan te pas kwam.
“Tussen elke wee door hadden we een amusant gesprek ”
Uitputtingsslag
Je kan je dus voorstellen, of net niet, dat tegen de tijd er ook effectief geperst mocht worden ik behoorlijk uitgeput was. De gynaecologe, een vervangster omdat de mijne een lang weekend verlof had, zag het helemaal zitten. Ze stelde me gerust en liet me weten dat ik het persen onder de knie had. Tussen elke wee door hadden we een amusant gesprek over de nood aan een sushi take-out in het ziekenhuis en andere koetjes en kalfjes.

Spiegeltje, spiegeltje,…
Of dat toch het eerste halfuur. Na dertig minuten persen was ik uitgeput en niet meer in staat gegronde beslissingen te maken. Dat de vroedvrouw plots afkwam met het voorstel of ik wilde zien hoe ver ik reeds gevorderd was en ik daarop volmondig “Ja!” antwoordde, was ondoordacht.
Moeders in spe: zeg neen tegen dé spiegel. Dat is mijn raad alvast. Wie ja zegt krijgt een beeld te zien van diens vaginale toestand dat je nooit meer kan wissen. Het ziet er niet uit, ‘de mid-geboorte-vagina’. En is tevens een beeld dat ik liefst niet op mijn netvlies had laten branden. Na dit demotiverende beeld was ik zo uitgeput dat de vroedvrouw mee kwam duwen op mijn buik.
“Moeders in spé: zeg neen tegen dé spiegel.”
Step into the light
Er werd geduwd en nog steeds wilde die baby de uitgang niet vinden. Er werd geknipt en een zuignap geplaatst die snel losschoot omwille van het vele haar dat onze baby reeds op zijn kruin had. Uiteindelijk stroopte de gynaecoloog haar mouwen op en trok de baby er zo uit. Dat het dus even duurde voor ik weer op een normale manier kon zitten hoeft niet te verbazen, maar daar was onze baby.
Echt een magisch moment om die pruts voor de eerste keer vast te kunnen houden. Ik was dan nog zo uitgeput, maar dat moment wilde ik voor geen geld van de wereld missen. Dat we het geslacht niet wisten en het daar te weten kwamen maakte het moment alleen nog magischer. Hier was ie dan, ons zoontje!
[1] Wanneer de baby zo ligt dat hij bij de geboorte naar boven kijkt i.p.v. naar beneden.